Naar buiten
Tuinonderhoud in Maart. Zodra de temperatuur boven de 10°C komt, beginnen bijna bij iedereen de tuinkriebels. Naar buiten dus………! Dat komt goed uit want er is werk genoeg! Maart, de drukste maand van het tuinjaar.
Afknippen, Scheuren en Snoeien
Knip afgestorven plantenresten af. Je doet dit het gemakkelijkst met een scherpe heggenschaar waarbij je van boven naar beneden knipt, steeds 5 cm lager. Na wat oefenen gaat het steeds sneller. Laat de afgeknipte stukjes plantenresten gewoon tussen het opkomende groen liggen. Even ziet het er slordig uit, maar over een maand zie je er niks meer van! Na vertering is het weer voedsel voor de planten.
Vaste planten die te groot uitgegroeid zijn of vorig jaar qua bloei terugliepen, kunnen nu worden gescheurd (=gedeeld). Plant de jonge, buitenste delen opnieuw en verbeter de grond ter plekke met wat compost of potgrond. Het hart van de oude plant is het minst levenskrachtig en dat gooi je weg. Bijna alle vaste planten reageren goed op deze methode van verjonging. Een paar hebben echter een hekel aan verplanten; kerstrozen (Helleborus), pioenrozen (Paeonia) en schout-bij-Nacht (Rodgersia) zijn planten die je liever met rust laat.
Het is ook tijd om heesters die na 21 juni – dus in het tweede deel van de zomer – bloeien, te snoeien. Denk aan doorbloeiende struikrozen, Spirea’s en bijvoorbeeld Hertshooi met zijn grote, gele bloemen. Ook pluimhortensia’s en de populaire ‘Annabellen’ kunnen gesnoeid worden. Knip al deze struiken tot ca. 10 cm boven de grond terug. Annabellen liever wat minder ver; tot 40cm boven de grond is prima. Op die manier ontstaan minder zware bloemen zodat het bekende euvel – omvallen in regen en wind – minder snel optreedt.
Struiken die ná de langste dag bloeien én vorstgevoelig zijn, vragen nog wat geduld. Deze snoei je liefst over een week of drie, wanneer de kans op nachtvorst minder is. Dit geldt bijvoorbeeld voor vlinderstruiken en de blauwbloeiende Caryopteris (blauwbaard). Je snoeit ze wel op dezelfde manier, dus helemaal kort.
Onkruid
Nu de border bijna kaal is, zie je het onkruid dat in de winter gekiemd is, gemakkelijk. Haal het er nu uit. Wacht je te lang dan zaait het zich en haal je je veel werk op de hals. De eerste klap is ook hier een daalder waard!
Compost
Natuurlijk kijk je vol verlangen uit naar een bloeirijke tuin. Maar…….daarvoor moet je wél wat doen! Een goede verzorging van de bodem is, zeker als je op armere zandgrond tuiniert, absoluut noodzakelijk!
Compost is daarbij het toverwoord. Het verbetert de bodemstructuur zodat de grond langer vocht en voedsel vasthoudt en voldoende zuurstof kan bevatten. Misschien wist u het niet, maar u huisvest in uw grond een ware dierentuin….! Naast nuttige schimmels zijn er miljoenen bacteriën, wormen, pissebedden, etc. actief. Compost is het voedsel voor deze bodemorganismen. Zij verteren het organisch materiaal tot voedingsstoffen voor uw planten.
Strooi nu een laagje compost van ca. 1-2cm tussen de planten en herhaal dit jaarlijks. Op goede grond is extra bemesting dan nauwelijks meer nodig. Op minder goede grond is de tuin wél gebaat bij toediening van organische mest in maart en in juni. Een organische meststof, zoals DCM, Ecostyle of Culterra meststof is dan een goede keuze.